Categorieën
Filosofie Politiek

De Amerikaanse afgrond

Oorspronkelijke tekst (Engels): eFlux, september 2020

door Franco ʻBifoʼ Berardi

Franco ʻBifoʼ Berardi is een Italiaanse schrijver, filosoof en activist in de autonomistische traditie, wiens werk zich voornamelijk bezighoudt met de rol van de media en de informatietechnologie in het post-industriële kapitalisme.

In de zomer van 2016 schreef ik de laatste hoofdstukken van een boek getiteld Futurability: The Age of Impotence and the Horizon of Possibility, waarin ik het vooruitzicht van een tweesprong schetste: ofwel de sociale solidariteit en de bewuste subjectiviteit zouden opnieuw vorm krijgen, of de wereld zou zich tot een nieuwe vorm van mondiaal fascisme aangetrokken voelen. In deze context moest ik ook aandacht besteden aan de op handen zijnde Amerikaanse verkiezingen, aangezien na de Brexit in juni van dat jaar een overwinning van Donald Trump een reële mogelijkheid was geworden. Beide gebeurtenissen waren symptomen van de wijdverbreide psychose die het mondiale brein was binnengedrongen.

Dat boek ging niet speciaal over Amerika, noch over de verkiezingen, noch over Trump. Toch was een analyse van het Amerikaanse scenario cruciaal voor het begrip van de trends in de menselijke evolutie.

Nu, vier jaar later, in het najaar van 2020, lijkt Trump te verdrinken, maar het is moeilijk te zeggen wat er daarna zal gebeuren. De man heeft vele pijlen op zijn boog, ook al wordt zijn herverkiezing steeds onwaarschijnlijker. Hij geeft er al blijk van dat hij misschien niet bereid zal zijn de verkiezingsuitslag te accepteren; hij zinspeelt al op fraude door de Democratische Partij; en het gevaarlijkst van alles is dat hij zijn volgelingen al meerdere malen heeft verwezen naar het Tweede Amendement van de Amerikaanse grondwet, dat in niet mis te verstane bewoordingen een golf van gewapend geweld in het vooruitzicht stelt.

Ik weet dat het gevaarlijk is om op het moment dat bepaalde gebeurtenissen zich aan het afspelen zijn al te schrijven over de afloop daarvan, omdat niemand die afloop uiteraard precies kan voorzien en omdat de gebeurtenissen uitsluitend ruimte bieden voor een intuïtief vermoeden. Toch kun je je slechts voorstellen hoe de psychosfeer zich zal ontwikkelen als je de dynamiek van de ramp voor bent. Mijn werk is geen waarzeggerij, dus ik zal me niet bezighouden met voorspellingen over de uitslag van de Amerikaanse verkiezingen, maar mijn punt is dat, wat er in november ook gebeurt, er in de VS een vuurzee is ontstaan die steeds meer geweld zal veroorzaken en die te zijner tijd zal leiden tot het uiteenvallen van de federale staat, met onvoorstelbare geopolitieke consequenties.

De desintegratie van de VS

Ik zou zeggen dat de belangrijkste historische ontwikkeling in de afgelopen twintig jaar van de wereldgeschiedenis de niet zo trage desintegratie van de VS is. Uiteraard vormen de aanslagen van 11 september een van de startpunten voor dit ongelooflijke proces. Dit is veruit het machtigste land uit de wereldgeschiedenis: het best bewapende, het meest agressieve en het minst toegankelijke, beschermd als het is door twee oceanen. De enige manier om het te vernietigen is door de reus tegen zichzelf op te zetten.

Dit is precies wat de strategie van Bin Laden behelsde. Onder de weinig intelligente leiding van Dick Cheney en George W. Bush ging de reus een proces van zelfvernietiging in. Dit proces, dat zich eerst voltrok in het moeras van Afghanistan en daarna in het moeras van Irak, ontlokte een soort zelfvernietigende woede aan het Amerikaanse brein.

Salman Rushdie vertelde enigszins verwachtingsvol over deze woede in zijn in 2001 verschenen roman Fury.

Toen kwam de financiële ineenstorting van 2008, en de verkiezing van Barack Obama. Een zwarte president in het Witte Huis was een schok voor het wit-nationalistische instinct, dat diep geworteld is in de Amerikaanse geschiedenis en in de witte Amerikaanse psyche.

De opkomst van Trump moet worden gezien als een gevolg van de wit-nationalistische reactie op een lange lijst van vermeende vernederingen: nederlagen in twee oorlogen, de verarming van de middenklasse in de nasleep van de financiële crisis van 2008, en een verfijnde, elegante zwarte man die danste in de zalen van het Witte Huis.

Vier jaar Trump hebben het desintegratieproces van de Amerikaanse staat zo goed als voltooid. In 2020 was dit proces bijna afgerond toen de pandemie uitbrak en het land in zijn greep nam.

Wat zal er nu gebeuren? Ik weet het natuurlijk niet, maar ik heb gemerkt dat Trump na een reeks politieke tegenslagen de leider is geworden van het volk van het Tweede Amendement. Toen de recente Black Lives Matter-protesten zich over het land verspreidden, en een groep Trump-aanhangers met getrokken wapens het gebouw van de staat Michigan binnendrong, kregen we waarschijnlijk een glimp te zien van de komende vijf jaar.

Trump deed een beroep op het leger om de rellen de kop in te drukken, maar het leger zei nee, waarmee het woord van de president werd getrotseerd. Vervolgens stuurde hij federale troepen naar de stad Portland, waardoor de woede werd aangewakkerd en de rellen escaleerden. Wijst dat op een ongeremde strijd, zo vlak voor de verkiezingen?

ʻThe Masked Versus the Unmaskedʼ is de titel van een artikel dat in mei 2020 in de New York Times verscheen. Het was geschreven door een liberale, gematigd progressieve, hoogopgeleide journalist, mijn favoriete Amerikaanse journalist Roger Cohen. De titel belooft iets raadselachtigs, maar de tekst is vanaf de eerste regels heel duidelijk:

Een buurman in Colorado zei tegen me dat het tijd was dat progressieven zich gingen ʻbewapenen.ʼ De tegenstander was ook bewapend, zo betoogde hij, en zou nergens voor terugdeinzen. Wat zouden we tegen onze kleinkinderen moeten zeggen als Ivanka Trump in 2025 de 46e president van de Verenigde Staten zou worden en de beperking van de presidentiële ambtstermijn zou worden afgeschaft? We zouden er van alles en nog wat van vinden, zo spotte hij, maar zíj hadden de geweren.i

Het is geen verrassing dat Cohen er meteen aan toevoegt dat hij het niet eens is met zijn buurman en dat de Amerikaanse democratie niets gemeen heeft met de Hongaarse democratie. Ik ben er helaas niet zo zeker van dat zijn optimisme gegrond is.

Ook al is Viktor Orbán een fascist en is de Hongaarse democratie er heel slecht aan toe, het spijt me te moeten zeggen dat de Amerikaanse democratie er nog erger aan toe is, omdat zij de expressie is van het Amerikaanse volk – het product van eeuwen van genocide, deportaties, slavernij en systematisch geweld.

De Amerikaanse democratie is al een schertsvertoning vanaf het allereerste begin, toen de slavenhouders die de Onafhankelijkheidsverklaring schreven even nadachten over de mogelijkheid om iets te schrijven over het probleem van de slavernij, maar in plaats daarvan besloten om dergelijke discussies voor onbepaalde tijd uit te stellen.

We moeten niet denken dat Trump een aberratie van de Amerikaanse geest is, of een uitzondering in een land van verstandige mensen: hij is de perfecte representatie van het witte onderbewustzijn, dat geplaagd wordt door een verwoestend schuldgevoel als gevolg van de genocide op de inheemse bevolking, de gedwongen import van miljoenen Afrikanen, de langdurige onderdrukking van zwarte slaven, de militaire agressie tegen talloze landen, de nucleaire verwoesting van Hiroshima en Nagasaki, de moord op miljoenen Vietnamezen, de vernietiging van de Chileense democratie, en de moord op Salvador Allende en dertigduizend andere mensen na 11 september 1973. Om nog maar te zwijgen van de fosforbombardementen op Fallujah en de ontelbare slachtoffers van de rampzalige oorlogen in Afghanistan en Irak.

Dankzij zijn onwetendheid en morele verdorvenheid vertegenwoordigt Donald Trump de ware ziel van Amerika, de onbeweeglijke ziel van een bevolking die is gevormd door een eindeloze opeenvolging van uitbuiting, onderdrukking, pesterijen, invasies en afschuwelijke misdaden. Er is geen alternatief Amerika, zoals velen in de jaren zestig en zeventig dachten. Er zijn wél miljoenen vrouwen en mannen, meestal mensen van kleur, die hebben geleden onder het Amerikaanse geweld, en in de jaren zestig en zeventig hebben gestreden om Amerika te hervormen en menselijker te maken. Zij hebben gefaald, omdat er geen manier is om een natie van dwepers en moordenaars te hervormen.

Nu is het meer dan ooit mogelijk om je voor te stellen dat er een kans is om Amerika te vernietigen, en niet te hervormen. Dit is mogelijk omdat Amerika zichzelf vernietigt. Osama bin Laden is erin geslaagd de grootste militaire macht ter wereld zich tegen zichzelf te laten keren. De provocatie van 9/11 is erin geslaagd de reus een oorlog tegen de chaos binnen te lokken. Degenen die oorlog tegen de chaos voeren zijn gedoemd, want chaos voedt zich met oorlog.

Toen George Bush Sr. In 1992, tijdens de eerste top over de klimaatverandering in Rio de Janeiro, zei dat er niet onderhandeld zou worden over de levensstijl van het Amerikaanse volk, wisten we dat de planeet voor een dilemma staat als het gaat om haar toekomst: als Amerika niet gebroken wordt, zal de mensheid niet overleven.

In het Amerikaanse literaire bewustzijn zijn talloze voetafdrukken te vinden van dit afschuwelijke, manifeste lot, en in de volgende alineaʼs wil ik er een paar van in herinnering roepen. In eerste instantie heb ik overwogen te schrijven over de boeken van Joyce Carol Oates, in het bijzonder American Martyrs, en van Octavia Butler, in het bijzonder de dystopische waarschuwing van The Parable of the Sower. In plaats daarvan besloot ik het alleen over de boeken van witte mannen te hebben, zodat de afgrond van binnenuit beschreven kan worden: Cormac McCarthy, John Steinbeck, Philip Roth en Jonathan Franzen. Ik weet dat dit een discutabele keuze is, en sommigen zullen mij die kwalijk nemen. Ik verwijt mezelf deze keuze, maar ik verontschuldig me om een zeer persoonlijke reden: ik ben man, ik ben wit, en ik ben oud.

Ik weet waar ik het over heb.

Innerlijk duister

Cormac McCarthyʼs tweede roman Outer Dark, verschenen in 1968, kan worden gelezen als een metaforische terugreis naar de oorspronkelijke ziel van het witte Amerika. De tijd en de plaats van het verhaal zijn in nevelen gehuld: de wildernis, de afwezigheid van historische referenties en een doordringend gevoel van vertroebeling.

Ergens in Appalachia, rond de eeuwwisseling, baart een vrouw genaamd Rinthy de baby van haar broer. Deze broer, Culla, laat de naamloze baby in het bos achter om te sterven, en vertelt zijn zus later dat de baby door natuurlijke oorzaken is overleden. De vrouw vertrouwt hem niet, en gaat in de duisternis op zoek naar het kind.

ʻDe kinderen van het koninkrijk zullen in de duisternis worden geworpen: er zal geween en tandengeknars te horen zijn,ʼ zo staat in het Evangelie van Matteüs te lezen. De beklemmende aanwezigheid van de Bijbelse God vormt de achtergrond van het boek: de schaduwen van het schuldbesef achtervolgen de personages van de roman obsessief, maar in hun daden, noch in hun woorden, komt dit besef naar voren.

Nadat hij het kind in de steek heeft gelaten, zoekt en vindt Culla een baan (wat anders?), evenals wapens, doodt een landheer, vindt een nieuwe baan en vlucht vervolgens voor de politie.

Alles lijkt volkomen zinloos. Cullaʼs daden zijn als de fragmentarische herinneringen aan een nachtmerrie.

De laatste aflevering van deze reis is de meest absurde en de meest griezelige: Culla valt in een rivier, breekt zijn been, en komt uit het water voor de confrontatie met drie mannen die hem achtervolgd hebben. Deze drie hebben zijn zoon bij zich, het kind dat door Culla in de steek was gelaten. Het kind is vreselijk gewond en heeft een gescheurd oog. De mannen beschuldigen Culla van het verwekken van het kind en van het in de steek laten ervan. Dan doodt een van hen de baby.

Het einde van de roman baadt in het surrealistische licht van de waanzin: na zijn griezelige avonturen overleefd te hebben sluit Culla vriendschap met een blinde man. Hij ziet de blinde man naar een moeras lopen, een zekere dood tegemoet. De roman eindigt met Culla die denkt: ʻIemand moet die blinde man waarschuwen voordat hij die kant op gaat.ʼ

De valse glorie van de kolonisatie van het Westen wordt hier geboekstaafd als een nachtmerrie, als een mistige kronkeling van geweld, angst en vernedering.

Toorn

Van de nachtmerrie van McCarthy naar de historische werkelijkheid van John Steinbeck. Ik herinnerde mij de belangrijkste Amerikaanse roman uit de jaren dertig van de vorige eeuw, toen ik een artikel las op het extreemrechtse libertaire financiële blog Zero Hedge, een interessante referentie als het gaat om het witte nationalisme.

Als lezer van dit weerzinwekkende maar nuttige vod werd op een dag mijn aandacht getrokken door een artikel met de titel ʻThe Old America Is Dead: Three Scenarios For The Way Forwardʼ (ʻHet oude Amerika is dood: drie scenarioʼs voor de weg voorwaartsʼ). Het artikel, dat was geschreven door Wayne Allenswroth, ging over de roman The Grapes of Wrath van John Steinbeck en de filmbewerking daarvan van John Ford uit 1939.

Die roman gaat over een boerengemeenschap in Oklahoma, in de dagen van de Grote Depressie. Vanwege de hoge schuldenlast, en vanwege de financiële context die de boeren niet kunnen begrijpen, krijgen ze op een dag bezoek van de mannen van de landeigenaar, die de boodschap komen brengen dat ze zullen worden ontruimd:

Sommige van die mannen waren aardig, omdat ze een hekel hadden aan wat ze moesten doen, en sommigen waren boos, omdat ze het haatten om wreed te moeten zijn … Zij waren allemaal gevangen in iets dat groter was dan zijzelf. Sommigen van hen haatten de wiskunde die hen aanstuurde, sommigen waren bang, en sommigen aanbaden die wiskunde juist, omdat het een excuus was om niet zelf te hoeven denken en voelen. Als een bank of een financieringsmaatschappij eigenaar was van het land, zei zo iemand, dan heeft die Bank – of dat Bedrijf – het nodig, wil zij het, ja móet zij het hebben, alsof het een monster was, met gedachten en met gevoel, dat hen had verstrikt … De bank, het monster, heeft de hele tijd behoefte aan winst. Het kan niet wachten, want dan zal het sterven.ii

Steinbeck beschrijft hier, op een vrij indringende manier, de onmacht die arbeiders en functionarissen ervaren als ze geconfronteerd worden met het monster van het financiële kapitalisme. Maar het interessante is dat Zero Hedge, dat pro-Trump is, Steinbeck doet herleven, nu het scenario van de Depressie terugkeert door de omstandigheden van de pandemie. Steinbeck vervolgt:

Eindelijk kwamen de mannen van de eigenaar ter zake. Het pachtsysteem werkt niet meer. Eén man op een tractor kan de plaats innemen van twaalf tot veertien gezinnen. Betaal hem een loon en laat hem de hele oogst meenemen. Dat moeten we doen. We doen het niet graag. Maar het monster is ziek.iii

De pachters zaten op de grond, toen de advocaat van de landeigenaar tenslotte tegen hen zei:

Jullie moeten van het land af. De ploegen staan door de deur.

De hurkende mannen stonden boos op. Grootvader had het land in bezit genomen, en hij had de indianen moeten doden en verjagen. Vader werd hier geboren, en hij had onkruid gewied en de slangen gedood. Toen kwam er een slecht jaar en had hij wat geld moeten lenen. En wij zijn hier geboren. Vader moest weer geld lenen. Toen werd de bank eigenaar van het land, maar wij mochten blijven en kregen een deel van wat we zelf geteeld hadden.iv

De mannen van de eigenaar waren niet te vermurwen:

Het spijt ons. Het ligt niet aan ons. Het is het monster. De bank is nu eenmaal geen mens …

De pachters huilden. Grootvader heeft de indianen gedood, en vader doodde de slangen voor het land. Misschien kunnen wij banken doden – die zijn nog erger dan indianen en slangen…

Maar nu werden de mannen van de eigenaar boos. Jullie zullen moeten gaan …

We zullen onze geweren pakken, net als grootvader toen de indianen kwamen. En wat dan?

Dan komt eerst de sheriff, en daarna de troepen. Jullie zijn aan het stelen als jullie proberen te blijven, jullie zullen moordenaars zijn als jullie gaan moorden om te kunnen blijven. Het monster is geen mens, maar het kan mensen laten doen wat het wil.v

Deze paginaʼs illustreren het sentiment en de mythologie die schuilgaan achter Trump, en waar hij zijn kracht aan ontleent. De witte mensen die dit land hebben ʻverdiendʼ door indianen te doden, worden bedreigd door het liberale mondialisme. Trump is hun wapen tegen de deze dreiging. De mensen van het Tweede Amendement worden geconfronteerd met hun laatste kans om hun sociale dominantie te redden: die kans heet Trump. Lees maar eens wat Allenswroth in Zero Hedge schrijft:

Ons volk, onze cultuur, onze geschiedenis, alles wat ons dierbaar is, wordt meedogenloos aangevallen door de Main Stream Media (MSM), politici, ʻactivistenʼ en kritikasters in de rechtbanken, geholpen en bijgestaan door vijanden binnen het systeem, vaak onze eigen bloedverwanten, die zich het lasterlijke linkse verhaal van een ongeneeslijk ʻracistischʼ Amerika eigen hebben gemaakt, dat met de grond gelijk gemaakt moet worden …

Onze vijand is in dit geval de mondialistische Blob en zijn militante would-be Che Guevaras en LARPing (Live Action Role Playing-games spelende) Leninisten, de MSM, de bureaucratie, de rechtbanken, de grote bedrijven en het onderwijsestablishment. Toch heeft de Blob tot voor kort niet de frontale confrontatie met de Historische Amerikaanse Natie gezocht. De Blob is geduldig geweest en heeft ons stukje bij beetje gedood, en gestaag terrein gewonnen door middel van subversie, propaganda en desinformatie, censuur via de ʻTech Totalitarians,ʼ en de langzame ondermijning met behulp van wat wijlen Sam Francis ʻanarcho-tyrannieʼ heeft genoemd, met massa-immigratie (ʼde Grote Vervangerʼ) als haar massavernietigingswapen. De Blob is amorf – een glibberig, slijmerig ding dat probeert door te dringen in wat voor sociaal-economisch-politieke barsten dan ook, om zijn prooi uiteindelijk op te slokken als drijfzand. Toen werd Donald Trump tot president gekozen. De Blob was geschokt. Orange Man Bad leek de plannen van de Blob te bedreigen om af te rekenen met de Historische Amerikaanse Natie. En dus hebben de MSM het land sinds 8 november 2016 in een staat van hysterie gehouden, met de ene gefabriceerde crisis na de andere. Het fake news, via een op de sociale media gebaseerde tactiek van hybride oorlogsvoering, werd in een hogere versnelling gebracht: Russiagate, Ukrainegate, de Chinese Virus-paniek en de daaropvolgende lockdown en economische crash, en nu de mythe van St. George Floyd en zwarten die ʻopgejaagdʼ zouden worden door witte mensen, waardoor grote menigten op de been zijn gekomen die Amerikaanse steden hebben geplunderd en gebrandschat. Met het Chinese virus en de Floyd-rellen als dekmantel hebben de Blob en zijn militante vleugel – Antifa en Black Lives Matter – de anarcho- tyrannie naar nieuwe hoogten opgezweept.vi

Dit verhaal is geworteld in het racistische geheugen en wordt gesteund door een leger van witte mensen die wapens bezitten en door Trump zijn samengebracht onder de definitie ʻvolk van het Tweede Amendement.ʼ

Aan het eind van zijn artikel gaat Allenswroth over tot een open uitnodiging om zich voor te bereiden op een burgeroorlog:

Als we alleen inzetten op de verkiezingen, zullen we verliezen, vooral omdat de demografische ring zich aan het sluiten is. De winnaars zullen geen genade kennen. Het politieke leven zoals we dat in Amerika hebben gekend is voorbij. Opnieuw is het Amerika waarin we zijn opgegroeid en waar we van houden dood. Verkiezingen kunnen op zijn best voor uitstel zorgen. Het lijkt hoogst onwaarschijnlijk dat Trump (of wie dan ook) tientallen miljoenen illegale vreemdelingen kan deporteren of kan aanmoedigen om zelf te vertrekken, zelfs als we ervan uitgaan dat ze dat zouden willen.vii

Trump kan het werk niet alleen af, is de claim. ʻWijʼ moeten de wapens oppakken en hem helpen: tientallen miljoenen illegalen deporteren, nietwaar? Dat hebben we een eeuw geleden ook al eens gedaan, toen we de inheemse bevolking hebben gedeporteerd en afgeslacht. En nu, zo luidt het racistische witte standpunt, zullen we het weer moeten doen.

Waanzin? Ja, maar wat de politieke deskundigen niet kunnen bevatten is dit: waanzin, en louter waanzin, heerst nu over een wereld die totaal onbeheersbaar geworden is.

Allenswroth vraagt zich af: Wat zal er gebeuren als Trump in november de verkiezingen verliest?

En dit is zijn antwoord:

Trump verliest, en de Blob en zijn bondgenoten triomferen. Maar omdat dit nu een land is en niet langer een natie, zonder gedeeld gevoel van gemeenschappelijke identiteit en overeengekomen geschiedenis, cultuur, geloof of taal, kan alleen een volwaardige politiestaat de zaak nog bij elkaar houden. En zelfs dat volstaat wellicht niet om de orde in een chaotisch post-Amerika te kunnen garanderen, en het steeds kleiner wordende aantal witte mensen zal zeker niet de bescherming van de staat genieten. Op een gegeven moment zullen witte Amerikanen misschien wel als witte Zuid-Afrikanen moeten leven, voortdurend in angst voor hun leven. Als de orde ineenstort, zullen burgerwachtgroepen en criminele bendes in die leemte stappen, zoals dat is gebeurd in Mexico en bendes Hispanics dat hebben gedaan om hun buurten te beschermen tijdens de Floyd-rellen. Het goede nieuws is dat witte mensen dit voorbeeld hebben gevolgd toen de bendes hun huizen en hun geschiedenis bedreigden.viii

Dit land maakt ons bang

Van de jaren van de Grote Depressie spring ik in één keer naar de jaren zestig, toen het progressieve bewustzijn zich vanuit zwarte opstanden en vanuit de universiteiten over het hele land verspreidde.

In American Pastoral schildert Philip Roth de tragedie van een man die is opgegroeid met een rotsvast vertrouwen in de Amerikaanse Droom. Plotseling wordt hij geconfronteerd met de realiteit van een mentale ineenstorting die zijn familie, zijn dorp, zijn land en de hele wereld treft. Hij wordt de Zweed genoemd, maar hij is een jonge joodse man uit New Jersey. Hij is lang, knap en een goede baseballspeler. We bevinden ons in de jaren vijftig en het leven lacht hem tegemoet. Hij trouwt met Miss New Jersey en ze krijgen een kind, Meredith, alias Merry. Merry is een uitgesproken stotteraar. Deze tekortkoming, deze kleine vlek op het beeld van perfect Amerikaans geluk begin jaren zestig, kan op geen enkele manier worden weggenomen.

Dan wordt Kennedy gedood, en op een dag, als Merry tv kijkt, wordt ze gechoqueerd door het beeld van een Vietnamese priester, gekleed in een saffraankleurig gewaad, die zichzelf in brand steekt en stil blijft staan tot het moment dat hij omvalt, een menselijk inferno. Voor Merry is dit het begin van een monsterlijke mutatie. Ze keert zich van het beeld af, ze huilt, ze kletst maar wat in het wilde weg. Dan plegen nog meer Vietnamese priesters zelfmoord, en wordt het brein van het meisje voor altijd door elkaar geschud.

De nieuwe Amerikaanse realiteit maakt een gat in de omheinde tuin van de Amerikaanse Droom van de Zweed. De zwarte opstanden barsten los: Watts staat in brand, Newark staat in brand. De Zweed beschermt de fabriek die zijn vader hem heeft nagelaten. Maar alles is aan het veranderen. Het belangrijkste is dat Merry gek geworden is: ze komt ʼs nachts niet meer thuis, maar brengt haar nachten door met communisten en anarchisten.

Dan komt de tragedie, de onherstelbare tragedie. Merry wordt een moordenaar, een terrorist: ze laat een bom afgaan die een onschuldige voorbijganger doodt. Merry is op de vlucht, Merry komt nooit meer thuis, haar moeder krijgt een zenuwinzinking. Dan ontmoet Merry in het geheim haar vader, maar ze is vel over been, ze is vies, en ze is geruïneerd. Merry is verkracht.

De wereld van de Zweed is ingestort, maar hij moet zich verzetten, zijn fabriek moet doorgaan; zijn vrouw is gek geworden, ze neukt die afschuwelijke buurman, een intellectueel. De Zweed belt zijn broer, zijn cynische broer, en vertelt hem dat er niets meer over is van zijn wereld. Zijn broer antwoordt:

ʻDenk je dat je weet wat dit land is? Je hebt geen idee wat dit land is … Dit land maakt ons bang. Natuurlijk is ze verkracht. In wat voor soort gezelschap denk je dat ze verkeerde? Natuurlijk zou ze daar verkracht worden … Ze betreedt die wereld, die krankzinnige wereld daarbuiten, en wat daar allemaal gebeurt … wat had je dan verwacht?ʼix

Eerder in hetzelfde hoofdstuk schrijft Roth:

Ja, op zesenveertigjarige leeftijd, in 1973, bijna driekwart op weg in de eeuw die, zonder acht te slaan op de subtiliteiten van het begraven, de lijken van verminkte kinderen en hun verminkte ouders overal had rondgestrooid, kwam de Zweed erachter dat we uiteindelijk allemaal in de greep raken van iets krankzinnigs. Het is gewoon een kwestie van tijd, mafkees. Het overkomt ons allemaal!x

Het is gewoon een kwestie van tijd, zegt Roth. We zijn raken allemaal in de greep van iets krankzinnigs.

Nu is die tijd gekomen, denk ik.

Niemand had ooit kunnen vermoeden dat Amerika – het grootste land ter wereld, met ʻde grootste economie ooitʼ – op de drempel van een tweede burgeroorlog zou kunnen komen. Nu, na meer dan tweehonderdduizend doden in het onuitsprekelijke bloedbad dat het Amerikaanse gezondheidsstelsel heeft aangericht, na de moord op George Floyd en de explosie van protesten met voortdurende escalaties van politiegeweld, na de waarschuwing van Trump over de dreigende verkiezingsfraude door de Democraten, na zijn oproep om zich te bewapenen aan het volk van het Tweede Amendement, na de rijen mensen die wapens hebben gekocht tijdens de eerste dagen van de pandemie, en na de gewapende menigten die protesteerden tegen de lockdown, denk ik dat een burgeroorlog het meest waarschijnlijke vooruitzicht is voor dit land dat zelf de terminale ziekte van de mensheid is.

Seniliteit

De waanzin van een opkomend herfstkoufront op de prairie. Het was voelbaar: er ging iets vreselijks gebeuren. De zon laag aan de hemel, een klein lichtje, een afkoelende ster. Vlaag na vlaag van wanorde. Rusteloze bomen, dalende temperaturen, de hele noordelijke religie van dingen die aan hun einde komen.xi

Dit is de opening van The Corrections, de roman van Jonathan Franzen uit 2001 die de overgang markeert naar de nieuwe eeuw – een eeuw van snelle desintegratie, beginnend met de desintegratie van het menselijk brein:

Alfred ontbeerde de neurologische bagage. Alfreds kreten van woede na het ontdekken van bewijzen van guerrilla-acties – een Nordstrom-tas die op klaarlichte dag op de keldertrap lag en bijna een val veroorzaakte – waren de kreten van een regering die niet langer in staat was om te regeren.xii

Alfred Lambert is een oude vader van drie kinderen, en de echtgenoot van Enid. Het gezin Lambert speelt de hofdrol in deze roman.

The Corrections is inderdaad een verslag van de ontbinding van het Amerikaanse brein, in de vorm van het verhaal van een paar oude mensen: Enid, een vrouw op de rand van een depressie, die de magie van de psychofarmaca ontdekt, en Alfred, die ten prooi dreigt te vallen aan de ziekte van Alzheimer.

De wereld wordt steeds minder begrijpelijk, voorwerpen glijden uit hun handen, handelingen zorgen voor verwarring: ze overlappen elkaar, en verliezen hun betekenis en hun functionele relaties.

Niet alleen door de neuro-chemische achteruitgang, maar ook door de transformatie van de mentale omgeving is de werkelijkheid onbegrijpelijk geworden voor de oude hersenen:

Een zwarte man die orale seks bedrijft bij een witte man, een camera die over de linker heup filmt, zestig graden achter het volle profiel, een boog van hoge waarden boven de bil, de knokkels van zwarte vingers die in het donker zichtbaar zijn terwijl ze aan de donkere zijde van deze maan om zich heen grijpen. Ze downloadde het beeld en bekeek het in hoge resolutie. Ze was vijfenzestig jaar oud en had nog nooit zoʼn tafereel gezien. Ze had haar hele leven al beelden gemaakt, maar het mysterie ervan nooit weten te waarderen. Al dat gedoe met bits en bytes, al die enen en nullen die door de servers stromen van een of andere universiteit in de Midwest. Zoveel gedoe om niets. Een bevolking die aan schermen en tijdschriften gekluisterd was.xiii

Overal verspreiden zich verbazing, verdriet en absurditeit.

En er was een heel belangrijke vraag die hij nog steeds beantwoord wilde hebben. Zijn kinderen kwamen, Gary en Denise en misschien zelfs Chip, zijn intellectuele zoon. Het was mogelijk dat Chip, als hij kwam, die heel belangrijke vraag zou kunnen beantwoorden. En die vraag was belangrijk, dat was hij zonder enige twijfel.xiv

Ik gebruik het woord ʻseniliteitʼ om te verwijzen naar een toestand van extreme dissociatie tussen de gedachtenstroom en het omringende universum; het gebeurt wanneer de hersenen de aansluiting op het zenuwstelsel kwijtraken die nodig is om consequent zowel semiotische als natuurlijke impulsen te kunnen verwerken. Seniliteit is dus een individuele aandoening die is ingekapseld in een verwarde mentale toestand van de oude geest. Maar door de steeds grotere aantallen oude mensen kan deze aandoening zich verspreiden tot ver buiten de grenzen van een marginale pathologie. In de huidige Amerikaanse situatie leiden veel signalen tot de politieke diagnose dat het Amerikaanse brein onomkeerbaar verrot is.

Maar vóór de politieke seniliteit is er de psychologische seniliteit. En voordat het psychologisch wordt, is er de neurologische stoornis.

De wijdverbreide sensatie vandaag de dag van een apocalyptische duizeling is niet alleen het gevolg van de afrekening met een lange geschiedenis van raciaal geweld, industriële vervuiling en economische hyper-exploitatie. Het is ook het resultaat van een wijdverbreide neurologische achteruitgang, en van het onvermogen van de Amerikaanse geest om in het reine te komen met seniliteit en impotentie.

In de film Nebraska, geregisseerd door Alexander Payne, ontdekt een politieagent dat Woody Grant op een snelweg loopt. Woody wordt vervolgens opgepikt door zijn zoon David, die verneemt dat Woody naar Lincoln, Nebraska, wil gaan om een miljoenenprijs in ontvangst te nemen die hij gewonnen denkt te hebben. Als David het loterijbriefje ziet, weet hij meteen dat er sprake is van oplichting, bedoeld om goedgelovige mensen zover te krijgen dat ze een tijdschriftabonnement nemen. David brengt zijn vader naar huis, waar zijn moeder Kate zich steeds meer gaat ergeren aan Woodyʼs vastberadenheid om het geld op te gaan halen.

Het is een hartverscheurend verhaal, een verhaal van mensen (vooral witte Amerikanen) die zijn opgegroeid met valse mythologieën en zich hebben gevoed met afschuwelijk voedsel (in zowel fysieke als spirituele zin), en die nu slaapwandelend ronddolen door het moeras, maar nog steeds vertrouwen hebben in hun eigen superioriteit.

On-Amerikaanse Quichotte

In de surrealistische barok van de roman Quichotte vertelt Salman Rushdie het verhaal van een in India geboren schrijver die in Amerika woont, voor een farmaceutisch bedrijf (de producent van het opioïde Oxycontin) werkt en verliefd wordt op een in India geboren tv-ster. Hij reist met zijn fictieve zoon Sancho Panza van Californië naar New York City en wordt daar geconfronteerd met talloze daden van racistische afwijzing en agressie van echte witte Amerikanen die het bruine koppel niet zien zitten.

ʻIk wil dat we in die taal met elkaar spreken, vooral in het openbaar, om de klootzakken te trotseren die ons haten omdat we een andere tongval hebben.ʼxv

Dat is de beste definitie van de Amerikanen: de klootzakken die ons haten omdat we een andere tongval hebben (en ook, dat moet gezegd worden, omdat we beter Engels spreken dan zij).

Onwetendheid is het fundament van de Amerikaanse suprematie. Amerikanen weten niets over de wereld, over de talloze en oneindig verschillende landen van de wereld, ze spreken geen enkele taal, behalve een verarmde vorm van het Engels, ze weten niets en ze beschermen hun onwetendheid als de oorsprong van hun kracht. En ze hebben redenen om dit te doen, want onwetendheid is altijd de kracht geweest van hen die zich niet willen laten afleiden door schoonheid, door onvoorspelbaarheid en door complexiteit, zodat ze zich uitsluitend kunnen richten op het winnen van het ellendige spel van de concurrentie, winst en accumulatie.

Dit is de laatste twee eeuwen altijd de kracht geweest van het Amerikaanse volk. Maar nu?

Vergeet niet dat er ook een andere kant van de Amerikaanse macht is, het tegenovergestelde van onwetendheid: kennis. Amerikaanse universiteiten en andere culturele ondernemingen zijn de plekken waar kennis wordt opgeslagen, verwerkt, getransformeerd en gecreëerd. Door wie? Door mensen die afkomstig zijn uit India, Japan, Italië, China en vele andere landen. Silicon Valley zou niets zijn zonder de Syriër Steve Jobs, zonder de Tamil Sundar Pichai, en zonder de talloze ingenieurs en ontwerpers die uit de hele wereld komen. De filmindustrie zou niets zijn zonder Italianen en joden. Enzovoort, enzovoort.

De dubbelzinnige grootsheid van Amerika is het resultaat van het huwelijk tussen Angelsaksische gewelddadigheid (en onwetendheid) en kosmopolitische nieuwsgierigheid.

Voor het eerst in de geschiedenis valt de samenhang van deze twee culturele componenten nu uit elkaar. De antiglobalistische reactie wil verdrijven, verbieden, afwijzen, muren bouwen, meervoudigheid uitwissen en complexiteit verminderen.

De kern van het desintegratieproces bevindt zich op dit punt: in de sociale verwijten rond intelligentie, ironie, bewustzijn en verbeelding.

Te veel en niet genoeg

Dan lees ik het e-book (niet alles, godzijdank) dat Mary Trump heeft gewijd aan de psychoanalyse van haar oom. Too Much and Never Enough: How My Family Created the Worldʼs Most Dangerous Man is een nuttig boek, geschreven met enig begrip voor de psychoanalytische achtergrond van de huidige catastrofale situatie. De auteur is niet alleen een professioneel psycholoog, maar ook het nichtje van deze verschrikkelijke man, die ook een ongelukkige figuur is met een ellendig leven, zoals zo vaak het geval is met mensen die zich verplicht voelen een zelfbeeld te verdedigen dat diepgaand nep is.

De vader van Trump, Fred, was volgens Mary Trump een zeer effectieve sociopaat. Na de filosofie te hebben beschreven die de vader aan de zoon heeft doorgegeven, merkt Mary op: ʻFreds fundamentele overtuigingen over hoe de wereld werkte – in het leven kan er maar één winnaar zijn, alle anderen zijn verliezers (een idee dat in wezen het onvermogen om te delen uitdrukt), en vriendelijkheid is zwakheid – waren duidelijk.ʼxvi

Dan vertelt Mary wat familie-anekdotes. Nadat er een kom aardappelpuree naar zijn hoofd is gesmeten, voelt Donald Trump zich vernederd:

Iedereen lachte en kon niet meer ophouden met lachen. Ze lachten om Donald. Het was de eerste keer dat Donald zich vernederd voelde door mensen waarvan hij dacht dat ze beneden hem stonden. Hij had niet begrepen dat vernedering een wapen was dat in een gevecht door slechts één persoon kon worden gebruikt. Dat Freddy, van alle mensen, hem in een wereld kon trekken waar vernedering hem kon overkomen maakte het alleen nog maar erger. Vanaf dat moment zou hij zichzelf nooit meer toestaan om zoʼn vernedering te voelen. Vanaf dat moment zou hij dit wapen gaan gebruiken, en nooit meer aan de verkeerde kant ervan staan.xvii

Volgens Mary heeft Donald een dubbel probleem: hij had te veel, en niet genoeg. Te veel ego, een wraakzuchtig ego, gevoed door een vader die niet in staat was om genegenheid te geven. En niet genoeg liefde, want zijn moeder was ziek, afwezig en psychologisch afhankelijk van de sociopaat.

Dit lijkt een goede introductie tot de psychogenese van de president van de Verenigde Staten van Amerika. Maar het is, denk ik, ook een goede introductie tot de psychogenese van Amerikaanse witte mannen in het algemeen, en van Amerika zelf: de psychogenese van de Amerikaanse afgrond.

i Roger Cohen, “The Masked Versus the Unmasked,” New York Times, 15 mei 2020

ii John Steinbeck, The Grapes of Wrath (Viking, 1939), 32–33

iii Steinbeck, Grapes of Wrath, 34

iv Steinbeck, Grapes of Wrath, 34

v Steinbeck, Grapes of Wrath, 35

vi Wayne Allenswroth, “Old America is Dead: Three Scenarios for the Way Forward,” Zero Hedge, 29 juni 2020

vii Allenswroth, “Old America is Dead”

viii Allenswroth, “Old America is Dead”

ix Phillip Roth, American Pastoral (Houghton Mifflin, 1997), 276.

x Roth, American Pastoral, 256

xi Jonathan Franzen, The Corrections (Picador, 2002), 3

xii Franzen, The Corrections, 6–7

xiii Franzen, The Corrections, 303

xiv Franzen, The Corrections, 159

xv Salman Rushdie, Quichotte (Random House, 2020), 151

xvi Mary L. Trump, Too Much and Never Enough: How My Family Created the World’s Most Dangerous Man (Simon & Schuster, 2020), 43

xvii Mary L. Trump, Too Much and Never Enough, 46

Vertaling: Menno Grootveld

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *